Een pandrecht verleent aan de pandhouder het recht om bij voorrang boven de andere schuldeisers te worden betaald uit de bezwaarde goederen.
Hier bespreken we het pand op bankrekeningen (in de wet ook “contanten” genoemd). (Voor pand op roerende goederen en financiële instrumenten wordt verwezen naar de fiche “Pand op roerend goed” en "Pand op financiële instrumenten".)
Bankrekeningen betreffen alle soorten van rekeningen zoals spaarrekeningen, termijnrekeningen, zichtrekeningen, met uitzondering van effectenrekeningen.
Een pandrecht komt tot stand door overeenkomst. Dit zal doorgaans een onderhandse overeenkomst zijn.
De derden worden geacht op de hoogte te zijn van het bestaan van het pand en zullen er dan ook rekening mee moeten houden zodra een bepaald/bepaalbaar bedrag vermeld wordt in de overeenkomst.
Het maximumbedrag waarvan de terugbetaling gewaarborgd wordt door het gevestigde pandrecht, kan al dan niet vermeld worden in de vestigingsovereenkomst.
Ofwel één of meerdere welbepaalde kredieten
Ofwel alle huidige en toekomstige schulden die de kredietnemer bij de bank heeft of zal hebben in het kader van een kredietopening
Deze waarborg is in principe kosteloos, enkel een dossierkost kan aangerekend worden.